aankaarten
Uiterlijk
- Geluid: aankaarten (hulp, bestand)
- IPA: / ˈaɲkartə(n) / (3 lettergrepen)
- aan·kaar·ten
- samenstelling van aan vz en kaarten ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aankaarten |
kaartte aan |
aangekaart |
zwak -t | volledig |
aankaarten
- overgankelijk door een bepaalde kaart uit te spelen een medespeler een aanwijzing geven
- overgankelijk tot onderwerp van discussie maken
- Hij besloot dit lastige probleem op de vergadering aan te kaarten en zette zich schrap voor de stortvloed van kritiek die dat losmaakte.
- [2] klokkenluiden, openbaren
2. tot onderwerp van discussie maken
- Het woord aankaarten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aankaarten" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %